Bij John Vanderaart is het leven nooit saai. Er gebeurt genoeg om elke week weer een korte column af te leveren. Deze keer gaat het over het Postvak IN van de mail. Zijn vorige column over zijn tablet lees je hier.
Als je al bijna een halve eeuw achter computers zit, dan ontwikkel je een soort van zesde zintuig als het op gekkigheid aankomt. Gekkigheid zoals het vermoeden van de aanwezigheid van een afwachtend virus, gekkigheid zoals een stiekem vollopende harde schijf, gekkigheid zoals een hacker die (denkt hij) ongezien meekijkt op de fileserver.
Datzelfde zesde zintuig liet zich de laatste weken beroepsmatig gelden. Het leek wel alsof er iets mis was met het Postvak IN van de zaak. Dus ik zeg nog tegen onze systeembeheerder: "Het lijkt wel alsof er iets mis is met het Postvak IN van de zaak." "Onzin!", aldus onze systeembeheerder.
Intussen kreeg ik mijn vingers achter de zwerende plek, want ik kwam er achter dat de uitgaande mailserver nogal wat bounces voor de kiezen kreeg. En op die bounces zat duidelijk een time-out. Het ging een (= 1) keer goed en daarna een kwartier (= 15 minuten, 900 seconden) niet. Daarna een keer weer wél...
Enig uitzoekwerk verder werd duidelijk dat het toch al strak-beveiligd-getrokken e-mailverkeer (onlangs) nog een éxtra beveiligingsmechanisme er bovenop had gekregen. Dat goed krijgen vergde vervolgens wat specifiek geknutsel met diverse DNS-instellingen.
Dus voor zover er al sprake was van een probleem: "Dat is opgelost." Maar wel fijn om te weten dat mijn soort van zesde zintuig nog steeds actief is...
Mijn soort van zesde zintuig vermoedde onlangs een crime scene. Dat bleek juist te zijn...